St. Pancratiukerk te Hoogeloon

Uit Erfgoedwiki
Ga naar: navigatie, zoeken

St. Pancratiuskerk te Hoogeloon

Hoofdstraat 52, Hoogeloon. Omstreeks 1900 werd het duidelijk dat het kerkgebouw aan de Torenstraat (waar thans alleen de toren nog van staat) te klein werd. Er werden plannen gemaakt om een nieuwe kerk te bouwen aan de Hoofdstraat. Het gebouw werd in 1926 geconsacreerd. Het gebouw is gekenmerkt door de hoge koepel, waardoor de kerk ook wel 'Kathedraal van de Kempen' genoemd wordt. In het huidige interieur van de kerk is links van het hoofdaltaar een Maria-altaar opgesteld. Het altaar dateert uit 1936 en het tabernakel en altaarsteen zijn afkomstig uit de oude kerk aan de Torenstraat. Rechts van het hoofdaltaar is een altaar ter ere van en met beeltenis van de patroonheilige, Sint Pancratius. Tevens is bij de ingang van de kerk een aparte Pancratiuskapel ingericht, zodat mensen overdag daar kunnen bidden.

Nieuwe Pancratius Hoogeloon.jpg

Afbeelding: Parochiekerk van St. Pancratius

In de registeromschrijving van de Rijksdienst voor Cultureel Erfgoed staat deze kerk als volgt omschreven:

De St. Pancratiuskerk is ontworpen door architect J.H.H. van Groenendael en gebouwd in 1924. De stijl is sobere Neo-Gotiek. Deze kerk te Hoogeloon diende ter vervanging van de parochiekerk uit de vijftiende eeuw, waarvan alleen de onder Rijksbescherming staande toren resteert. Het interieur is bij een restauratie rond 1960 grijs geschilderd, vloeren en meubilering werden toen ook gewijzigd.De driebeukige kruiskoepelkerk bezit een blinde travee met portaal en orgelgalerij, vervolgens twee schiptraveeën en het transept van twee traveeën breed. Na de viering met een koepel op pendentieven volgen twee traveeën en een koor met vijftwaalfde sluiting. Tussen koor en transept bevinden zich zijkapellen. De gevels zijn opgetrokken uit machinale baksteen met eenvoudig siermetselwerk en geleed door pilasters en steunberen met versnijdingen en afzaat met driehoekige bekroning. Afdeklijsten zijn uitgevoerd in beton. Op de zadel-, tent- en lessenaardaken, alsmede op het uivormige koepeldak met bol, kruis en windvaan, liggen leien in Maasdekking. De ingang bevindt zich aan de straatzijde en bestaat uit getoogde vleugeldeuren met ijzeren sierbeslag. Het keperboogvormige portaal is voorzien van siermetselwerk. Boven de ingang bevindt zich een driehoekig tegeltableau. Het is een afbeelding van Christus met de symbolen van de vier evangelisten, voorzien van aureool en naam. Boven het portaal is een groot spitsboograam met baksteen vorktracering. Aan weerskanten bevinden zich vooruitspringende delen waarin zich spleetvensters bevinden, en rechts ook twee spitsbogige galmgaten. De voorgevel wordt afgesloten door een tuitgevel met klimmend spitsboogfries. De zijgevels hebben zowel in de zij- als lichtbeuken spitsboogramen met baksteen vorktracering. Het transept heeft hoeklisenen, in het midden een breed spitsboograam en in de tuitgevel een ovaal staand raam. De vorktracering in de spitsboogramen van de koepel is uitgevoerd in ijzer. De daken en de koepel zijn voorzien van dakkapellen met schilddak en bolpiron. Onder de daklijsten bevindt zich een dubbele brede band siermetselwerk. De noordelijke zijkapel heeft een schilddak. Daarachter bevindt zich de sacristie, een ruimte met een tentdak en een platgedekte aanbouw met paneeldeur. De kapel aan de zuidzijde heeft een kegelvormig dak met bolpiron. De aangebouwde bijsacristie heeft kruisvensters en een plat dak. Het inwendige rust op pijlers met spitsbogen. Alle gewelven, ook die van de koepel, zijn uitgevoerd als gemetselde kruisribgewelven. In het koor en in de rondgesloten zijkapel bevinden zich figuratieve glas-in-lood ramen. Orgel met Hoofdwerk en Positief, in 1871 gemaakt door de Gebr. Gradussen. Orgelkas, gemaakt door anonieme maker in tweede kwart van de 19e eeuw. Het marmeren en koperen hoogaltaar en een communiebank uit de bouwtijd. De kerk is van algemeen belang. Het gebouw heeft cultuurhistorisch belang als bijzondere uitdrukking van de ontwikkeling van het katholicisme in het zuiden, het materialiseert door zijn markante verschijning de dominante plaats van de religie in de dorpse samenleving, en is tevens van belang als voorbeeld van de typologische ontwikkeling van de kruiskoepelkerk. Het gebouw heeft architectuurhistorisch belang door de stijl en de detaillering en is tevens van belang als voorbeeld van het oeuvre van de architect Van Groenendael, die hier een compromis schept tussen neogotische en meer eigentijdse haast expressionistische baksteenvormen. Het is een betrekkelijk late toepassing van neogotiek. Het heeft ensemblewaarden vanwege de bijzondere situering en het silhouet, onlosmakelijk verbonden met de ontwikkeling van de streek. Het is van belang vanwege de bouwtechnische en typologische zeldzaamheid. Rijksmonument Nr. 514903.

Aan deze kerk is een bedevaart verbonden: Cultusobject: H. Pancratius (Pancras) Datum: 12 mei Periode: 15e / 16e eeuw (?) - heden Bisdom: 's-Hertogenbosch Uiterlijk sinds het einde van de 15e eeuw wordt in Hoogeloon de heilige Pancratius vereerd en door pelgrims bezocht. In de parochiekerk was een Pancratiusaltaar. Tussen 1712 en 1718 verwierf de kerk een reliek van de heilige. Tussen circa 1910 en 1960 floreerde de cultus met bedevaart. Sindsdien is de verering tot overwegend lokale proporties teruggebracht. Pancratius werd en wordt er vooral aangeroepen tegen huidziekten bij kinderen.

<voor meer informatie zie> [1]