Noodgraf van een gesneuvelde Duitser aan de Polderweg (Asten)

Uit Erfgoedwiki
Ga naar: navigatie, zoeken

NOODGRAF VAN EEN GESNEUVELDE DUITSER AAN DE POLDERWEG (ASTEN)

De bevrijding van Asten tijdens de Tweede Wereldoorlog speelde zich af in de maanden september, oktober en november 1944. Bij de gevechten tussen geallieerde en Duitse soldaten vielen aan beide zijden, vooral tijdens de Duitse tegenaanval in oktober/november, tientallen doden. Die werden in noodgraven begraven, meestal op of dichtbij de plaats van sneuvelen. De geallieerde soldaten zijn al noodgraven van Duitse soldaten bleven nog vele jaren zichtbaar. In Asten is in 1948 begonnen met het opgraven van de lijken en her-begraving op de grote Duitse militaire begraafplaats te Ysselsteyn (Venray) in de Peel. Opgraven, identificeren en herbegraven was een taak van de Dienst Identificatie en Berging (DIB), onderdeel van het Nederlandse leger.

In een weiland van Hub Hurkmans, die aan de Polderweg 1 [1949] woonde, was ruim 4 jaar het noodgraf (zonder kruis) van een onbekende Duitse soldaat. Dat was gegraven 17 meter ten zuiden van de Polderweg. Aan de overzijde van de weg stond de boerderij van J. van Bussel (Polderweg 19 [1949]). Onder DIBnr. 19337 zijn de stoffelijke resten op 12 mei 1949 herbegraven op de militaire begraafplaats in Ysselsteyn in vak STH, rij X, graf 117.