Klokkengieterij

Uit Erfgoedwiki
Ga naar: navigatie, zoeken

Klokkengieterij

Werkplaats van een 18de eeuwse klokkengieter.
Dat de Vessemse kerk in 1726 twee nieuw klokken krijgt, is reeds bekend uit de archieven. Letterlijk is er sprake van het hergieten van de klokken die ongetwijfeld door veelvuldig gebruik gebarsten zijn. Dat dit oude gietproces ook nog bijna 300 jaar later door gave bodemvondsten wordt bevestigd is bijzonder. Om het proces van klokkengieten in het verleden enigszins te begrijpen, bekijken we eerst een oude afbeelding (Gillespie 1959, pl. 115)


Zie beeld: Werkplaats van een 18de eeuwse klokkengieter. Rechts de oven en stookplaats om het brons vloeibaar te maken. In de midden het maken van een lemen klokkenmal en links de binnen- en buitenmal. Oventjes waren nodig om de mallen uit te harden.

Lemen gietvorm
Hoe treffen de opgravers in 2003 de klokkengieterij aan? In eerste instantie worden zij geconfronteerd met een aantal grondsporen die moeilijk te duiden zijn. Men besluit tot het couperen van de sporen en constateert dat het gaat om diepe kuilen van zeker anderhalve meter in de gele grond. Onderin bevindt zich een cirkelvormig segment van bruingele leem. De vraag die dan opkomt is: wie gebruikte in het verleden cirkelvormige onderdelen? Na enig nadenken komt het antwoord. De opgravers komen tot de conclusie dat hier een klokkengieter aan het werk geweest kan zijn. Verderop komt een oventje van baksteen te voorschijn, nodig om de lemen gietvorm te drogen. Dan komt de lemen klokvorm met de tekst “Jean Petit me fecit” te voorschijn.

Zie beeld: Lemen gietvorm

Meer oventjes en as- en bronsresten volgen. Een stuk geschiedenis van Vessem wordt plotseling weer levend.

Bron: Michiel Lascaris. Opgravingen in het centrum van Vessem, gemeente Eersel. ZAR 20. (Amsterdam 2005)