Kerkhof Oirschot (Kapelpad ong.)

Uit Erfgoedwiki
Ga naar: navigatie, zoeken

Kerkhof Oirschot (Kapelpad ong.)

r.k. begraafplaats uit ca. 1880-1890 Rijksmonument Nr. 519156

De R.K. begraafplaats aangelegd rond 1830 bezit een calvariegroep geplaatst op een baarhuis uit omstreeks 1880-1890. Interessant is verder de neogotische hardstenen tombe van John Turing von Ferrier (1902), in leven eigenaar van kasteel Bijsterveld. De tombe heeft een ingelegde messing grafplaat versierd met wapens.

Het is stichting De Terebinth, vereniging voor funeraire cultuur, niet bekend wanneer de parochiële begraafplaats aan het Kapelpad is gesticht. De begraafplaats lijkt te zijn aangelegd na de sluiting van het kerkhof rond de kerk, ergens in de 19e eeuw. De oudste nog aanwezige grafsteen draagt in elk geval het jaartal 1872. In 1879 werd deze begraafplaats ingewijd en is het oude kerkhof rond de kerk geruimd. Enkele grafmonumenten (en eventueel graven) van aanzienlijke personen zijn toen verplaatst naar de huidige locatie. Dit biedt een verklaring waarom er op deze begraafplaats een aantal graftekens staan, ouder dan 1879.

‘Op het terrein van ¾ ha zijn ruim 1300 graven met ongeveer 2000 overledenen. De begraafplaats is gelegen op een kunstmatig verhoogd terrein en wordt omgeven met beukenhagen en aan de voorkant afgesloten met een smeedijzeren hek tussen bakstenen pijlers. Op het voorste gedeelte, vooral aan de rechterkant, zijn een aantal bijzondere grafmonumenten bewaard gebleven. Ze zijn van belang door hun uitvoering en stijl (veel neogothisch), heraldiek en symboliek, maar ze zijn waarschijnlijk ook belangrijk voor de historie van Oirschot vanwege de personen die er begraven liggen.’

De oudste graven op begraafplaats St. Petrus bevinden zich vooraan. Op de verschillende andere grafvelden wordt de ontwikkeling van het begraven in de 20e eeuw zichtbaar. Hoe verder naar achter, hoe uniformer de begraafplaats wordt. Dit is een algemeen verschijnsel dat vanaf eind 60er, begin 70er jaren van de vorige eeuw inzette. Omstreeks 1985 is de begraafplaats voor de laatste maal in noordelijke richting vergroot. Daar is te zien hoe men vanaf de tachtiger jaren is gaan begraven: het zijn vaak prefab granieten stèles in diverse kleurstellingen.

Calvariegroep Kapelpad

Rijksmonument. Nr. 519157 Centraal op de overigens niet beschermde, door beukenhaag en muren omgeven R.K. begraafplaats van Oirschot staat, in de as van het middenpad, een bakstenen baar- of lijkenhuis met neogotische stijlelementen, met een op de zuidelijke gevel geplaatste calvariegroep uit omstreeks 1880-'90. Het eenlaags baarhuisje heeft een rechthoekige plattegrond en wordt gedekt door een zadeldak met tuile-du-nord pannen. Op de zuidelijke gevel na betreft het een eenvoudig handvorm bakstenen gebouwtje, met vierruits ijzeren rondlichten in de zijgevels en een getoogde, opgeklampte inrijpoort in de noordelijke gevel. Een hardstenen zerk (P. van de Oudenhoyen, 1948) fungeerde jarenlang als stoep.

‘Boven op de zuidelijke gevel staat een calvariegroep, uitgevoerd in zandsteen. Jezus aan het kruis wordt zoals gebruikelijk geflankeerd aan zijn rechterzijde door zijn moeder Maria en aan zijn linkerzijde door zijn meest geliefde leerling Johannes. Aan de voet van het kruis liggen twee schedels, verwijzend naar de plaats waar Jezus werd gekruisigd: de Calvarieberg of Golgotha; calvarie komt van calva = schedel (Latijn) en Golgotha betekent schedelplaats (Aramees). Ook op de achterzijde van het baarhuisje bevindt zich een schedel.’

De zuidelijke gevel is breder en hoger dan de overige gevels en heeft hoekpijlers en een zware, op gemetselde consoles rustende, nokruiter die als basement dienen voor de bekronende calvariegroep. De beelden zijn uitgevoerd in zandsteen en aan de voet van het houten kruis liggen twee schedels. De korfboognis in de zuidelijke gevel is, op een vervaagde, omstreeks 1925 door de Oirschotse kunstenaar J. Kruijsen op spaanplaat geschilderde Bewening na, leeg. Van belang zijn de drie achter het baarhuis geplante linden. Deze dateren uit dezelfde periode (omstreeks 1880-'90) en hebben een stamomvang van ruim twee meter.

Het baarhuis met calvariegroep is van algemeen belang. Het heeft cultuurhistorische waarde als bijzondere uitdrukking van een sociale en geestelijk ontwikkeling, in het bijzonder de ontwikkeling van de katholieke grafcultuur, het is door de combinatie van functies tevens van belang voor de typologische ontwikkeling van het baarhuisje. Het heeft kunsthistorisch belang als voorbeeld van neogotische beeldhouwkunst. Het heeft ensemblewaarden als onderdeel van een groter geheel dat cultuurhistorisch en stedenbouwkundig van belang is. Het is gaaf bewaard gebleven en typologisch zeldzaam.


Het grafteken van W.G.J. Messing

Rijksmonument Nr. 519751 Naast de poort van de overigens niet beschermde R.K. begraafplaats van Oirschot is gesitueerd het grafteken van W.G.J. Messing, uit omstreeks 1891. Het hardstenen grafkruis, dat gesteld is op een getrapte sokkel, is aan de achterzijde versterkt met smeedijzeren ankers. De kruisarmen eindigen in driepassen. Het centrum van het kruis bestaat uit een vierkant middendeel. Op het kruis de inscriptie: "Hier rust / onze lieve / moeder / Mevrouw W.G.J. Messing, wed. W.gestr. / Heer W.A. Hoppenbrouwers / geb. Oirschot 26 dec. 1822 / Overl. Oisterwijk / 18 dec. 1891 / R.I.P.".

Het grafmonument is van algemeen belang. Het heeft cultuurhistorische waarde als bijzondere uitdrukking van een sociale en geestelijke ontwikkeling, in het bijzonder de ontwikkeling van de katholieke grafcultuur, het is tevens van belang voor de typologische ontwikkeling van het tombegraf. Het heeft kunsthistorisch belang als voorbeeld van neogotische beeldhouwkunst. Het heeft ensemblewaarden als onderdeel van een groter geheel dat cultuurhistorisch, architectuurhistorisch en stedenbouwkundig van belang is. Het is gaaf bewaard gebleven.


Grafteken van priester W.L. van Baar

Rijksmonument Nr. 519158 Vóór het baarhuis van de overigens niet beschermde R.K. begraafplaats van Oirschot is gesitueerd het grafteken van priester W.L. van Baar, daterend uit omstreeks 1897. Het monument heeft neogotische stijlkenmerken. Het grafmonument bestaat uit een hardstenen tombe met opstaand monument, bekroond door een opstaand grafkruis met vierpas en kruisarmen in de vorm van Franse lelies. In het opstaande deel een spitsbogige wenkbrauwboog met daarin in hoogreliëf een afbeelding van het misoffer (kelk met hostie, evangelie, lelie en wijnrank).

Op de dekplaat van de tombe staat de inscriptie: "Hier rust in afwachting / van de zalige opstanding / de weleerwaarde heer / Wilhelmus Lucas van Baar / R.K. Priester / Geboren te Oirschot 18 october 1824 / overl. aldaar 16 december 1897 / Zijn aandenken zal niet vergaan / en zijn naam zal voortleven / van geslacht tot geslacht / de gemeente zal zijn lof verkondigen / Eccl. XXXIX 13.14".

Het grafmonument is van algemeen belang. Het heeft cultuurhistorische waarde als bijzondere uitdrukking van een sociale en geestelijke ontwikkeling, in het bijzonder de ontwikkeling van de katholieke grafcultuur, het is tevens van belang voor de typologische ontwikkeling van het priestergraf. Het heeft kunsthistorisch belang als voorbeeld van neogotische beeldhouwkunst. Het heeft ensemblewaarden als onderdeel van een groter geheel dat cultuurhistorisch, architectuurhistorisch en stedenbouwkundig van belang is. Het is gaaf bewaard gebleven.


Grafteken van Mr. A.J.L. van Laar

Rijksmonument Nr. 519752 Aan de oostelijke zijde van de poort van de overigens niet beschermde R.K. begraafplaats van Oirschot staat het Grafteken van Mr. A.J.L. van Laar, uit omstreeks 1868. De hardstenen tombe heeft hoekkolommen en een overstekende dekplaat met in hoogreliëf een door plantenranken omgeven wapenschild met het familiewapen, en een afbeelding van de geblinddoekte Vrouwe Justitia, eveneens omgeven door florale motieven (lelietakken, eikenblad).

Op de dekplaat van de tombe staat langs de rand de inscriptie: "Ik heb Uw gerechtigheid bemind en Uwe wet o Heer had ik boven alles lief". Op de dekplaat de inscriptie: "Ter gedachtenis van / Mr. A.J.L. van Laar geb. te Oirschot / aldaar overleden den 26 januari 1889 / s.s.t.t. / en / Vrouwe M.L.J. van Hees geboren / te Maastricht / en overleden te Oirschot / den 22 januari 1868 / R.I.P.".

Het grafmonument is van algemeen belang. Het heeft cultuurhistorische waarde als bijzondere uitdrukking van een sociale en geestelijke ontwikkeling, in het bijzonder de ontwikkeling van de katholieke grafcultuur, het is tevens van belang voor de typologische ontwikkeling van het tombegraf. Het heeft kunsthistorisch belang als voorbeeld van neogotische beeldhouwkunst. Het heeft ensemblewaarden als onderdeel van een groter geheel dat cultuurhistorisch, architectuurhistorisch en stedenbouwkundig van belang is. Het is gaaf bewaard gebleven.


Grafteken van J.A. Gulje

Rijksmonument Nr. 519753 Aan de westelijke zijde van de poort van de overigens niet beschermde R.K. begraafplaats van Oirschot staat het grafteken van J.A. Gulje, uit omstreeks 1899. Het grafmonument is uitgevoerd in neogotische stijl. Het grafmonument bestaat uit een hardstenen zerk met opgelegd kruis. De zerk wordt omgeven door zes hardstenen neogotische hekpalen met spitsboogvelden, gesteld op een hardstenen sokkel. Tussen de palen hangt een gietijzeren neogotisch gedetailleerde ketting met sferische ruitvormen en driepassen. Op de zerk de inscriptie: "Rustplaats / van den / Weledelen Zeer Geleerde Heer / Joannes Amandus Gulje / in leven Med / Docter / Broeder / der H.L.Vr. Broederschap / van 's-Hertogenbosch / geb. te Oirschot den 11 juni 1818 / aldaar overl. 9 januari 1899".

Het grafmonument is van algemeen belang. Het heeft cultuurhistorische waarde als bijzondere uitdrukking van een sociale en geestelijk ontwikkeling, in het bijzonder de ontwikkeling van de katholieke grafcultuur, het is tevens van belang voor de typologische ontwikkeling van het tombegraf. Het heeft door de rijke detaillering kunsthistorisch belang als voorbeeld van neogotische beeldhouwkunst. Het heeft ensemblewaarden als onderdeel van een groter geheel dat cultuurhistorisch, architectuurhistorisch en stedenbouwkundig van belang is. Het is gaaf bewaard gebleven.


Grafteken van F.H. Goossens

Rijksmonument Nr. 519755 Aan de westelijke zijde van de poort van de overigens niet beschermde R.K. begraafplaats van Oirschot staat het grafteken van F.H. Goossens, uit omstreeks 1896. Het grafmonument heeft een neo-gotische detaillering. Het grafmonument bestaat uit een hardstenen zerk met opgelegde marmeren hoogreliëfs, zijnde een kruis, een anker in de golven en een vlammend hart. De zerk wordt omgeven door een zestal hardstenen neogotische hekpalen met spitsboogvelden en bolbekroning. Tussen de hekpalen hangt een gietijzeren ketting, waarvan de ovale schakels de vorm van doornentakken hebben. Op de dekplaat, die aan de zijkant versierd is met rankwerk, staat de inscriptie: "Ter gedachtenis van / den weledelen heer / Franciscus Hubertus Goosens / Echtgenoot van Arnoldina / de Laat / Griffier bij het Kantongerecht / te Oirschot / geboren te Middelbeers / 22 april 1823 / overleden te Oirschot 14 februari 1896 / R.I.P.".

Het grafmonument is van algemeen belang. Het heeft cultuurhistorische waarde als bijzondere uitdrukking van een sociale en geestelijk ontwikkeling, in het bijzonder de ontwikkeling van de katholieke grafcultuur, het is tevens van belang voor de typologische ontwikkeling van het tombegraf. Het heeft door de rijke detaillering kunsthistorisch belang als voorbeeld van neogotische beeldhouwkunst. Het heeft ensemblewaarden als onderdeel van een groter geheel dat cultuurhistorisch, architectuurhistorisch en stedenbouwkundig van belang is. Het is gaaf bewaard gebleven.


Grafteken van A. de Laat

Rijksmonument Nr. 519761 Aan de westelijke zijde van de overigens niet beschermde R.K. begraafplaats te Oirschot staat het Grafteken van A. de Laat, uit omstreeks 1901. Het grafmonument heeft in de detaillering elementen van het Neoclassicisme. Het grafteken bestaat uit een tombe met opstaand grafmonument, bekroond door een grafkruis. De tombe heeft een getrapte opbouw met profiellijsten, samengesteld uit torus, riem en trochilus. Het monument heeft opzij aangehangen hardstenen kransen, een opbouw met nis met inscriptie R.I.P. en een opstaand kruis met klauwstukken aan de voet.

Op de dekplaat, die in laagreliëf is voorzien van palmtakken, staat de inscriptie: "Ter gedachtenis van mevr. Arnoldina de Laat / Echtg. v. d. wele. Heer Franc. Hub. Goossens / geb. te Oostelbeers 21 nov. 1829 en overl. te / Oirschot 31 mei 1901".

Het grafmonument is van algemeen belang. Het heeft cultuurhistorische waarde als bijzondere uitdrukking van een sociale en geestelijke ontwikkeling, in het bijzonder de ontwikkeling van de katholieke grafcultuur, het is tevens van belang voor de typologische ontwikkeling van het tombegraf. Het heeft door de rijke detaillering kunsthistorisch belang als voorbeeld van neogotische beeldhouwkunst. Het heeft ensemblewaarden als onderdeel van een groter geheel dat cultuurhistorisch, architectuurhistorisch en stedenbouwkundig van belang is. Het is gaaf bewaard gebleven.


Grafteken van M.J. Gulje

Rijksmonument Nr. 519762 Aan de westelijke zijde van de poort van de overigens niet beschermde R.K. begraafplaats van Oirschot staat het grafteken van M.J. Gulje, omstreeks 1890. Het grafmonument heeft een neo-gotische detaillering. Het grafteken bestaat uit een hardstenen tombe, waar omheen zes neogotisch gedetailleerde hardstenen hekpalen zijn opgesteld, verbonden door een smeedijzeren ketting. De hekpalen zijn gesteld op een hardstenen sokkelplaat, hebben spitsboogvelden en zijn gekanteeld. De kettingen bestaan uit gevlochten cirkelvormige en ovale schakels. Op de tombe is in hoogreliëf een plaquette aangebracht, waarop twee griffioenen twee gekroonde wapenschilden flankeren. Onder de schilden een banderol met de wapenspreuk: "Vaincre ou mourir". Op de tombe een gedeeltelijk leesbare inscriptie: "Rustplaats / van Vrouwe / Maria Judith Gulje" en het jaartal 1890 (verder onleesbaar).

Het grafmonument is van algemeen belang. Het heeft cultuurhistorische waarde als bijzondere uitdrukking van een sociale en geestelijke ontwikkeling, in het bijzonder de ontwikkeling van de katholieke grafcultuur, het is tevens van belang voor de typologische ontwikkeling van het tombegraf. Het heeft door de rijke detaillering kunsthistorisch belang als voorbeeld van neogotische beeldhouwkunst. Het heeft ensemblewaarden als onderdeel van een groter geheel dat cultuurhistorisch, architectuurhistorisch en stedenbouwkundig van belang is. Het is gaaf bewaard gebleven.


Grafteken van J. van Turing van Ferrier

Rijksmonument Nr. 519766 Aan de westzijde van de poort van de overigens niet beschermde R.K. begraafplaats van Oirschot staat het grafteken van J. van Turing van Ferrier. Het graf dateert uit omstreeks 1902. Het graf is neogotisch gedetailleerd. Het graf bestaat uit een hoge hardstenen tombe met aan de zijkanten en op de dekplaat verschillende ingelegde messing grafplaten.

Boven een getrapte sokkel verheft zich de eigenlijke tombe. Voor-, achter- en zijkanten hebben een architectonische geleding met hoekkolommen, waarin in hoogreliëf telkens twee driepaslancetten met bekronende driepas. Tussen de kolommen zijn driepasblindnissen geplaatst, waarin telkens één messing gegraveerde grafplaat. In deze nissen staat de stamboom van de overledenen opgetekend: "Andrew Turijn A.D. 1316 / John Turing 1430-1497 / mar. Janet de Han / William Turing 1555 mar. Janet Leslir / John Turing 1650 mar. Janet Straton / Walter Turing mar. Anna Ogilnir / John Turing Ferrier 1829-1878 mar. Adriana Jonas / Diligentia Ditat". De hardstenen dekplaat is opgebouwd naar middeleeuws model met een in messing gegraveerde randspreuk (Latijnse bijbelteksten in gotisch schrift) en vier messing evangelistensymbolen (vierpassen met een ingesneden vierkant) in de hoeken. Aan de langszijden zijn halverwege de spreuk twee kwartierwapens ingevoegd, in dezelfde vorm en materiaal als de evangelistensymbolen. De dekplaat heeft een hardstenen hoogreliëf een messing wapenschild met het familiewapen. De omringende florale motieven, de bekronende helm en de banderol met de wapenspreuk: "Diligentia ditat" zijn in hardsteen uitgevoerd. Op de dekplaat de inscriptie: "Remember in your prayers / the right honourable mr. John Turing van Ferrier / late Chamberlain of H.M. the King of Wurtemberg / Seineur of Oirschot and Best / Born at Oirschot the 13th of Sept. 1821 / and deceased there the 13th of Aug. 1902 at his castle Bijsterveld".

Het grafmonument is van algemeen belang. Het heeft cultuurhistorische waarde als bijzondere uitdrukking van een sociale en geestelijke ontwikkeling, in het bijzonder de ontwikkeling van de katholieke grafcultuur, het is tevens van belang voor de typologische ontwikkeling van het tombegraf en als herinnering aan een der laatste heren van Oirschot. Het heeft door de rijke detaillering en de gegoten reliëfs kunsthistorisch belang als voorbeeld van neogotische beeldhouwkunst. Het heeft ensemblewaarden als onderdeel van een groter geheel dat cultuurhistorisch, architectuurhistorisch en stedenbouwkundig van belang is. Het is gaaf bewaard gebleven.