Hoogeloon, Watermolen op de Heuvel - Kleine Beek

Uit Erfgoedwiki
Versie door Admin (Overleg | bijdragen) op 19 mrt 2015 om 16:38

(wijz) ← Oudere versie | Huidige versie (wijz) | Nieuwere versie → (wijz)
Ga naar: navigatie, zoeken

Hoogeloon, Watermolen op de Heuvel – Kleine Beek

Vlak ten oosten van de hoeve ten zuiden van het Loons Bos stroomt het beekje De Stroom alias de Kleine Beek noordwaarts tussen Hoogeloon en Hoogcasteren. Er is daar een bruggetje met aan weerszijden een wegenwaaier. Aan de oostkant ligt een groepje boerderijen “De Heuvel”. Lange tijd werd door archeologen vermoed dat op de Heuvel een watermolen had gestaan. Een strook grond ten zuiden van de brug over "de Stroom" op de Heuvel droeg de naam "Meulenbroek". In het jaar 1521 wordt in het cijnsboek van Eersel een watermolen bij Den Heuvel vermeld. Toponymisch onderzoek van akkernamen rond 1950 bracht de naam "de Vloed", even ten zuiden van de brug, aan het licht. Later werd het bestaan van een vroegere watermolen bevestigd door talrijke zware balken en puin op de plaats waar een transformatorhuisje werd gebouwd ter hoogte van de brug. Dit waren de funderingen van de vroegere watermolen. Waarschijnlijk heeft de molen gekampt met te weinig of onregelmatige toevoer van water nadat stroomopwaarts langs het riviertje de broeklanden en rijten werden ontgonnen. De Kleine Beerse kende te weinig verval en kon daardoor te weinig kracht ontwikkelen om de molen in werking te zetten. Het waterrad kon dus niet langdurig draaien. Om deze problemen op te lossen, werd het water opgestuwd. Het vergaarbekken dat in stroomopwaartse richting ontstond, werd de Vloed genoemd. Mogelijk is die buiten bedrijf geraakt na de bouw in 1305 van de latere Tongerlose windmolen op 1800 meter ten NW van deze plek. Omdat de Tongerlose archieven de molen niet noemen, kan deze een andere eigenaar gehad hebben.

Op zeker moment is de molen vervangen door een rosmolen, een molen die door paardenkracht werd aangedreven. Deze rosmolen is volgens ooggetuigen vervolgens naar Landorp is overgebracht. Rond 1920 waren in het gebouw nog alle onderdelen van de rosmolen aanwezig, maar hij werd toen al niet meer gebruikt.

Vanuit het dorp Hoogeloon (de Straat heette dat toen nog) naar de brug op de Heuvel, was rechts over de beek een grote schuur te vinden met dikke muren en zware funderingen. Het meest opvallend waren een reeks "schietgaten". Deze sleuven in de muur waren een halve steen breed en ongeveer 80 centimeter hoog en waren op een afstand van 2 meter over de volle lengte van de schuur aangebracht. Het is duidelijk dat dit gebouw een bijzondere functie heeft gehad. Deze schuur is waarschijnlijk een graanschuur geweest. Een dergelijke schuur met ventilatiesleuven treffen we thans nog aan op het landgoed "Heerenbeek" tussen Oirschot en Boxtel, waar hij als tiendschuur (type Vlaamse schuur) diende voor een norbertijner abdij.