Hapert, De Pan

Uit Erfgoedwiki
Ga naar: navigatie, zoeken

Hapert, De Pan

In 1830 staan er 4 boerderijen en 1 herberg. De herberg was strategisch gelegen bij het kruispunt van wegen van Hoogeloon naar Bergeijk en Luijksgestel. Daarnaast waren de wegen tussen Postel en Eersel en de handelsweg de Bredase baan dichtbij gelegen. De weg van Hoogeloon naar Bergeijk werd op de kadastrale kaart van 1811-1830 de Varkensweg genoemd. Dit duidt op een oude handelsroute. Verder is het aannemelijk te bedenken dat de weg van zuid naar noord een verbindingsroute tussen Brussel en ’s-Hertogenbosch is geweest.

De herberg van de Pan en de andere huizen zijn ergens midden 19e eeuw verdwenen, maar sporen ervan zijn nog steeds zichtbaar in het landschap. Op de plaats waar een huis moeten hebben gestaan staan er nog enkele overgebleven haagbeuken rondom deze locaties, die aangeven dat er vroeger waarschijnlijk een haag om de hutjes heeft gestaan. De zandweg die naar de voormalige herberg toe leidt is verstevigd door het aanbrengen van steengruis. Verder zijn er in de buurt sporen van een leemafgraving, die extra breed is gemaakt zodat er met paard en wagen in kon worden gereden om het zand en leem eruit te halen. Dit werd een leemkot genoemd. De flinke kuil die ten oosten van de voormalige herberg te vinden is, is een overblijfsel van een drenkplaats. Hier kon het vee en/of lastdieren drinken. De drenkplaats werd afgegraven tot het grondwater en zorgde zo voor een constante voorziening in drinkwater.

De Pan.jpg

Afbeelding: locatie van het verdwenen gehucht De Pan met herberg (november 2010).

In 1840 kreeg gemeente Hoogeloon het gebied waar nu de Cartierheide en Hapertse heide ligt in beheer. Eind 19e eeuw kocht Baron de Cartier de Marchienne het deel ten noorden van de Bredase baan over van de gemeente. Baron Emile-Ernest de Cartier de Marchienne was als ambassadeur onder andere gestationeerd in China en de Verenigde Staten en nam vaak hoogwaardigheidsbekleders mee naar zijn landhuis in Duizel. Als uitje werd er vaak naar de Cartierheide getrokken om daar te gaan jagen. Baron de Cartier de Marchienne was namelijk naast natuurliefhebber ook een fervent jager. Ergens rond 1910-1920 liet hij hiervoor een vijver maken op zijn heide. De baron de Cartier de Marchienne creëerde een serie van vijvers waarin het waterpeil te reguleren was. Deze regulatie van het waterpeil was nodig voor de favoriete manier van jacht van de baron: De snippenjacht. De vijver liep in de zomer vol met water doordat het Dalems stroompje de vijvers binnen stroomde. Als de baron in september met zijn reisgezelschap wilde gaan jagen, werd het waterpeil omlaag gebracht. Hierdoor ontstonden aan de zijkanten van de vijvers slikken waar de snippen op af kwamen om te foerageren.

In de Pan wordt en werd, zoals gezegd, landbouw bedreven. Enkele overblijfselen van de akkers en graslanden zijn nog te vinden in het gebied. Zo zijn er in het bosgebied, juist ten zuiden van de het huidige landbouwgebied de Pan, nog resten te zien van twee oude weilanden die in 1900 al in het bos gelegen hebben. Op de kadastrale kaart van 1811-1830 is het meest noordelijk gelegen weiland al in gebruik. Deze twee weilanden werden omzoomd door eikenhakhout en slootjes. De landbouwenclave van de Pan hoort onlosmakelijk bij de Cartierheide. Vanuit dit landbouwgebied werd de heide bosbouwkundig en landbouwkundig gebruikt; voor plaggen, beweiding, akkerbouw, bosaanplant en hakhout, viskwekerij, leem-, veen-, en zandwinningen en de jacht.

Etymologie van het woord van Pan: ondoorlatende laag in de grond. Deze laag zorgt ervoor dat het gebied vrij nat is. De Pan vormt ook nu nog een kleine kern van bebouwing waarin landbouw wordt bedreven. Deze landbouwenclave bestond al in de 14e eeuw. In die tijd lagen er, meer naar het zuiden, ook nog een herberg en enkele andere huizen. Deze huizen komen op de kadastrale kaart van 1831 en de kaart van 1850 nog voor, maar daarna niet meer. Wat de reden is voor het verdwijnen van de huizen is niet duidelijk. Er is gesuggereerd dat het verdwijnen van De Pan als agrarische ontginning gevolg is geweest van beperkte uitbreidingsmogelijkheden, de omliggende heide was in handen van een concurrent, namelijk baron de Cartier de Marchienne.