Landgoed Cleefswit: verschil tussen versies

Uit Erfgoedwiki
Ga naar: navigatie, zoeken
(Landgoed Cleefswit)
(Landgoed Cleefswit)
Regel 1: Regel 1:
= Landgoed Cleefswit =
+
= '''Landgoed Cleefswit''' =
 
[[Bestand:Laan_cw.jpg|thumb|right|200px|Laan op landgoed Cleefswit]]
 
[[Bestand:Laan_cw.jpg|thumb|right|200px|Laan op landgoed Cleefswit]]
 
[[Bestand:Bos_cw.jpg|thumb|right|200px|Bos op landgoed Cleefswit]]
 
[[Bestand:Bos_cw.jpg|thumb|right|200px|Bos op landgoed Cleefswit]]
 
[[Bestand:Boerderij_cw.jpg|thumb|right|200px|Boerderij op landgoed Cleefswit]]
 
[[Bestand:Boerderij_cw.jpg|thumb|right|200px|Boerderij op landgoed Cleefswit]]
Jonge heideontginning, met lanen, landbouwgronden en productiebossen met naald- en loofhout, gelegen in het grootschalige jonge ontginningslandschap van De Peel.
 
  
Het gebied is omstreeks 1900 ontgonnen door de N.V. Landbouwmaatschappij De Peel en vervolgens in de periode 1908-1915 opnieuw ingericht door de N.V. Landbouwmaatschappij Cleefswit.  
+
=''Samenvatting''=
 +
Tot zo'n 1900 was dit land zogenaamde woeste grond, een heidegebied. Het landgoed is door de Nederlandse Heidemaatschappij rond 1900 ontgonnen, waarbij bijvoorbeeld geploegd en ge draineerd werd (door met de hand gegraven sloten, greppels en afwateringswaters)en is in de periode 1908-1915 opnieuw ingericht door de N.V. Landbouwmaatschappij Cleefswit.  
  
De geomorfologie van het gebied weerspiegelt zich in de ontginning. De hoger gelegen gronden, op zogenaamde "sikkelduinen", zijn grotendeels bebost. De tussenliggende lager gelegen gronden, waar vroeger vennen lagen, bestaan hoofdzakelijk uit landbouwgronden.  
+
=''Geschiedenis''=
 +
De vorm van het landschap, de geomorfologie is zeer oud. In de laatste ijstijd zijn grote hopen zand opgestoven omdat het gebied heel koud en droog was. die hopen zand zijn door de wind gevormd in sikkelduinen, ook wel barghanen genoemd. Na de ijstijd nam de begroeiing toe en zijn de sikkelduinen behouden, vastgezet door de plantenwortels. In de lager gelegen delen, de luwzijdes van de duinen, vormden zich vennen. Hoewel in de ontginningstijd land vaak gegeegaliseerd werd zijn de duinen gelukkig nog steeds zichtbaar. De ontginning van de Peel en Cleefswit had als doel de woeste ongebruikte ronden bruikbaar te maken, in de Peel vaak voor de bosbouw. Er was nog geen kunstmest en de grond was arm. Tegenwoordig zijn de duinen bebost. De tussenliggende lager gelegen gronden, waar vroeger vennen lagen, bestaan hoofdzakelijk uit landbouwgronden.  
  
Kenmerkend is het vrijwel ontbreken van bebouwing. Op een aantal plaatsen in het gebied (langgevel)boerderijen uit de periode van de ontginning. Het gebied kent een samenhang met de grootschalige jonge ontginningen en heidebebossingen in de gebieden De Krim, Stippelberg en Groote Slink-Bunthorst.
+
Kenmerkend is het vrijwel ontbreken van bebouwing. Op een aantal plaatsen in het gebied liggen(langgevel)boerderijen uit de periode van de ontginning. Soortgelijke gebieden zijn de gebieden De Krim, [[Stippelberg]] en Groote Slink-Bunthorst.
  
  

Versie van 11 okt 2010 om 15:50

Landgoed Cleefswit

Laan op landgoed Cleefswit
Bos op landgoed Cleefswit
Boerderij op landgoed Cleefswit

Samenvatting

Tot zo'n 1900 was dit land zogenaamde woeste grond, een heidegebied. Het landgoed is door de Nederlandse Heidemaatschappij rond 1900 ontgonnen, waarbij bijvoorbeeld geploegd en ge draineerd werd (door met de hand gegraven sloten, greppels en afwateringswaters)en is in de periode 1908-1915 opnieuw ingericht door de N.V. Landbouwmaatschappij Cleefswit.

Geschiedenis

De vorm van het landschap, de geomorfologie is zeer oud. In de laatste ijstijd zijn grote hopen zand opgestoven omdat het gebied heel koud en droog was. die hopen zand zijn door de wind gevormd in sikkelduinen, ook wel barghanen genoemd. Na de ijstijd nam de begroeiing toe en zijn de sikkelduinen behouden, vastgezet door de plantenwortels. In de lager gelegen delen, de luwzijdes van de duinen, vormden zich vennen. Hoewel in de ontginningstijd land vaak gegeegaliseerd werd zijn de duinen gelukkig nog steeds zichtbaar. De ontginning van de Peel en Cleefswit had als doel de woeste ongebruikte ronden bruikbaar te maken, in de Peel vaak voor de bosbouw. Er was nog geen kunstmest en de grond was arm. Tegenwoordig zijn de duinen bebost. De tussenliggende lager gelegen gronden, waar vroeger vennen lagen, bestaan hoofdzakelijk uit landbouwgronden.

Kenmerkend is het vrijwel ontbreken van bebouwing. Op een aantal plaatsen in het gebied liggen(langgevel)boerderijen uit de periode van de ontginning. Soortgelijke gebieden zijn de gebieden De Krim, Stippelberg en Groote Slink-Bunthorst.