Overblijfselen Lambertuskerk (kruiskerk) aan de Nachtegaallaan te Someren
Lambertuskerk Someren 1738 tekening Jan de Beijer.
De middeleeuwse kruiskerk die al in het begin van de 13e eeuw bestond was waarschijnlijk een kerk in de Romaanse stijl. De kerk lag niet ver van de Kleine Speelheuvel en is in 1436 verbouwd tot een gotische kerk. Het was een grote kerk want er bevonden zich 7 altaren in de kerk. De meeste altaren hadden een eigen priester. Het dak van de kerk was bedekt met leien en de klokken bevonden zich in een klokhuis bij de kerk. In 1623 zijn er achter het hoogaltaar in deze kerk twee glasramen zichtbaar met daarop de familiewapens Van Stakenborch en Van Kessel. Zoals vele kerken kwam ook deze in 1648 in handen van de protestantse gemeenschap. De katholieken mochten eigenlijk hun godsdienst niet meer in het openbaar uitoefenen. Het oprichten van een grenskerkje op het grondgebied van Nederweert was een alternatief. Later bouwden de katholieken schuurkerken en omdat de Staten-Generaal de grip op de katholieken kwijt raakte werd er een gedoogbeleid gevoerd. In 1798 toen de katholieken hun kerk weer terug konden krijgen was er verdeeldheid over het terugkrijgen of verder gaan in hun schuurkerk. Uiteindelijk werd voor het laatste gekozen. In 1868 werd het schip van de middeleeuwse kerk afgebroken en werd het resterende deel nog gebruikt door de protestantse gemeenschap. In 1885 werd ook dit deel afgebroken.
