Moerputten Oirschot

Uit Erfgoedwiki
Ga naar: navigatie, zoeken

Moerputten Oirschot

In de 18de en 19de eeuw werd er in Oirschot nog volop turf gestoken. In de 18de en 19de eeuw waren de Oirschotse heidegebieden nog gemeenschappelijk bezit, waarin iedere hertgang zijn deel toegewezen kreeg om te vlaggen. Straten, de Notel en de Kerkhof vlagden op de grote Oirschotse hei. Op oude kaarten staan nog de namen aangeduid van Stratense hei, Aarlese hei, Notelse hei enz. Spoordonk had haar hei tegen, en op Oisterwijks gebied en Hedel had haar gebied op Tregelaar en verder richting Boxtel. Regelmatig werd er door de overheid per publicatie bekend gemaakt dat er weer turf gestoken mocht worden op "gemeentensgrond" voor eigen gerief, tegen betaling natuurlijk. Binnen een bepaalde termijn moest de turf dan gestoken en geruimd worden. Klaarblijkelijk was de Oirschotse heide zeer in trek bij de omliggende dorpen, want regelmatig kwamen er in de 18de en 19de eeuw verzoeken binnen van bijv. Son, Acht en "Wintersel" om hun vee op de Oirschotse heide te mogen weiden. In ruil voor een schenking aan de armenkas werd dat meestal toegestaan.

Hieronder worden enkel belangrijke turfgebieden genoemd

Beersveld Op het Beersveld "aen de Papenvoorde tot de Oirschoren", werd turf gewonnen. Dit gebied was uitsluitend bedoeld voor de turfwinning, er mocht dus geen strooisel voor de potstal worden gewonnen.

Vaerding (Vering),

Kwinkerse Broek

Veldershoek

Broekbeemden (allemaal in de omgeving van de Liempdse Dijk)

Tregelaar

Dunschaaf (Grensgebied met Lennisheuvel, langs de Oude Grintweg) Turfgebieden herstellen zich niet en worden na het afsteken op een andere manier ingevuld. Links en rechts van de Liempdse Dijk, de Woekerd, de Vering enz. zijn de resultaten zichtbaar van deze grondstofwinning.