Grenspaal: Bunthorst Paal(Kuil)

Uit Erfgoedwiki
Ga naar: navigatie, zoeken

HeerlijckHistorisch.png De Bunthorste paal

Grens Gemert-Oploo. Deze grenspaal is neergezet bij het herstel van alle grenspalen in de peel

De Bunthorste paal of kuil

Op de grens Gemert-Oploo ligt de Bunthorst, nu een afwisselende mengeling van bos en heide. De grensmarkering daar bestond niet uit een grenspaal, maar in plaats daarvan was er een kuil gegraven. Dit was een goedkopere methode dan het neerzetten van een paal maar in de vochtige grond van de Peel kon zo'n kuil ook snel verdwijnen, zoals blijkt uit het verhaal hieronder.

De kuil is kwijt

Op 6 september 1621 zijn de notabelen van Boxmeer, samen met een aantal ingezetenen van die plaats, naar de uiterste grenspaal in de Peel gegaan en zijn daar aangekomen op een bergske genoemd de Bunthorst, de scheiding met het grondgebied van Gemert. Reden van deze wandeling: enige Gemertenaren hadden een paar maal de grens overschreden en telkens als zij de schutters van Boxmeer in het oog kregen, spanden zij uit en begaven zich “in den vlucht”. (De Gemertenaren hadden hun dieren op de grond van Boxmeer laten grazen en daar ook turf gestoken, beide waren streng verboden. Schutters zijn diegenen illegaal aanwezige dieren in hun gemeente naar de dichtsbijzijnde herberg dreven waar de eigenaar ze tegen betaling kon ophalen.) Samen met vertegenwoordigers uit Gemert werd geprobeerd duidelijkheid te creëren over de exacte ligging van de grens tussen beiden. “Wij hebben,” aldus de heren uit Boxmeer, “die van Gemert op de Bunthorst ontmoet. Zij verdedigden dat zij het hele bergske voor hen alleen hadden. Maar voor ons heeft de waard van St. Thunis - over de 70 jaar - met helle stem uitgesproken dat Jan Hendricx zaliger, in zijn leven al over de 90 jaar, altijd tegen hem gezegd had dat Jan Schatz, zijn voorganger als rechterbode, altijd zei dat het regenwater dat op het bergske de Bunthorst viel de scheiding vormde: wat naar de Gemertse kant afliep was van Gemert en wat naar de Meersche kant afliep was van Boxmeer.” Een aantal getuigen bevestigden vervolgens het verhaal van de waard uit St. Anthonis.

Grens Gemert-Oploo. Zo lagen de vroegere grenzen

De commandeur van Gemert reageerde door Aert de Lodder naar voren te halen: "Lodder, Lodder, ghij werdt mij altijt veel tho seggen van die palen, spreeckt nu." Helaas, Aert kon geen andere palen wijzen dan die op de Bunthorst, ondanks het feit dat hij nog lang ronddwaalde. Maar de commandeur had nog twee, zij het wat roestige ijzers in het vuur. Twee zeer oude, stramme mannen van Gemert, die bij de zoektocht van Aert de Lodder gedurig op een wagen hadden gezeten en door al dat gehots en gebots door de Peel nòg strammer waren geworden, werden door de commandeur verzocht van de wagen te komen en de juiste grenspaal aan te wijzen. Slechts een van de twee kon aan dat verzoek voldoen; het andere oudje was te stijf geworden. Terwijl Aert de Lodder in steeds wijder wordende kringen rond het bergske naar (vermeende) grenspalen zocht en het verzamelde publiek de rug eens rechtte en eens op het andere been ging leunen, scharrelde het oude Gîmmerts menneke op z'n gemak wat rond, bleef langdurig stilstaan bij deze of gene boomstronk en verklaarde tenslotte dat hij geen paal kon vinden.

De commandeur, ongetwijfeld teleurgesteld in de prestaties van zijn getuigen, ging daarom akkoord met het voorstel van de Boxmeerse dorpsbestuurders: het gebied tussen de Bunthorst en de drie sloten, door die van St. Anthonis gegraven in oorlogse tijden, kreeg een aparte status. Gemertse beesten zouden er niet worden geschut, maar Gemertse mensen mochten er ook geen turf steken. Deden ze dat toch, dan zou er ook worden geschut op een hoge breuck! Waarna de partijen, in de prettige wetenschap de goede nabuurschap op de juiste manier te hebben onderhouden, de lange terugtocht naar hun dorpen aanvaardden.

De afspraak hield prima stand. Pas bijna een eeuw later, in 1714, achtte men in Gemert de tijd rijp om de limiet in de Peel tussen Gemert en Boxmeer nog eens aan een controle te onderwerpen. In de Peel ter plaatse genaamd het Meer is door de Gemertse schepenen “de banke gespannen” en is de kuil tussen de heerlijkheden van Boxmeer en Gemert vernieuwd: "Wij hebben ons vervoegd naar de Bunthorst langs de koeij (= schaapskooien), aan Gemert toebehorend en van daar op de Bunthorstse weeteringe alwaar de cuijle aldaar mede is vernieuwd, geopend en geveegd".

Tegenwoordig

Het gebied Bunthorst vormt nu samen met de Grote Slink een natuurgebied, aangelegd in opdracht van de familie Roelvink door de landschapsarchitect Leonard Springer. Het gebied sluit aan op De Krim, een stukje oorspronkelijk Peelgebied in Elsendorp. Bij het herstellen van de grenspalen in de Peel is voor de duidelijkheid overigens op deze plaats ook een paal neergezet in plaats van een kuil.