Dorp Hoogeloon

Uit Erfgoedwiki
Ga naar: navigatie, zoeken

Dorp Hoogeloon

Hoogeloon past in het gangbare model waarin het traditionele landbouwsysteem tot de 19e eeuw optimaal gebruik maakt van alle landschappelijke eenheden. De grondgebruikkaart van Hoogeloon uit ca. 1830 die met behulp van de kadastergegevens is gemaakt, toont een duidelijke relatie tussen de hoogteligging en het agrarische grondgebruik. Akkerland en grasland liggen op de bekende plaatsen, de heidegronden bevinden zich rondom de oorspronkelijke kern van de nederzetting. Er zijn bijna geen uitzonderingen op de regel. De ligging van de nederzetting Hoogeloon is opmerkelijk binnen de Brabantse Kempen. Over het algemeen liggen de Kempische dorpen op de flanken van een dekzandrug. Hoogeloon ligt echter aan het eind van een beekdal tussen twee akkercomplexen.

In 1830 staan er ongeveer 35 boerderijen, huize, een pastorie en kerk aan weerszijden van de straat. De kerk staat was achteraf, evenals de Tongerlose pachthoeve van Hoogeloon. De kerk staat aan de rand van een lange open akker, de Kerkakkers. Ten westen van het dorp uitgestrekte open akkers die doorlopen in Casteren en Hapert.

De oudste bebouwing van het middeleeuwse kerkdorp Hoogeloon bevond zich op de westoever van het dal van de Kleine Beerse, waarbij geen bebouwing direct om de kerk stond. Rond 1850 telde het dorp ongeveer vijfenzestig woningen. Rond 1900 bestond Hoogeloon uit losse bebouwing langs de wegen, voornamelijk in noord-zuidrichting. Deze bebouwing is vervolgens verdicht. In 1840 was er een uitgebreid akkergebied in de buurt van de Dijkstraat. Bij de groei van de kern is de lintbebouwing van Landrop in zuidelijke richting voortgezet. Industrialisering kwam later tot ontwikkeling dan in Hapert. Eén van de belangrijkste ontwikkelingen was de oprichting van de melkfabriek in 1916. Daarnaast hebben zich kleinschalige sigarenfabriekjes in het dorp gevestigd, die inmiddels allemaal gesloten zijn. Na de Tweede Wereldoorlog is tot de jaren zestig de omvang van het dorp niet werkelijk toegenomen. In jongere tijd hebben echter nieuwe woonbuurten de ruimte tussen de oudere lintbebouwingen gevuld.