Astense tiendschuur

Uit Erfgoedwiki
Ga naar: navigatie, zoeken

Astense tiendschuur

In de Middeleeuwen is het tiendrecht ontstaan. De kerkelijke en later ook de wereldse heer had jaarlijks recht op een tiende deel van de oogst. In Asten bezat in 1212 de abdij van Floreffe via haar priorij Postel de tiende van Asten. Wiricus, de abt van Floreffe van 1202 tot 1212, heeft in een akte, waarin Asten voor het eerst voorkomt, vastgelegd dat het echtpaar Lambert en Aleid van den Bosch geld hebben geschonken aan de priorij Postel om de tiende van Asten te kopen. De paus bevestigt in 1212 dat de abdij van Floreffe recht heeft op de tiende van Asten.

Jaarlijks werd de tiendoogst opgeslagen in de tiendschuur. De Astense tiendschuur stond bij de middeleeuwse hoeve Houbraken. Die hoeve was eeuwenlang het bezit van de adellijke familie Wijtvliet. In een Bossche akte uit 1564, opgemaakt omdat leden van de familie Wijtvliet goederen verdelen, is sprake van een grote schuur, die alom in Asten “die thienschuere” genoemd wordt. De plaats van de hoeve en de tiendschuur is te lokaliseren aan de huidige Dijkstraat.

Op deze plaats tussen de Dijkstraat en de Busselseweg stond eeuwenlang de tiendschuur van Asten. (Foto 2013: Hans van de Laarschot